Aanspreekvorm

In het Nederlandse taalgebied zijn onderstaande aanspreekvormen gebruikelijk (met name in formelere, schriftelijke correspondentie), hoewel zij sinds de jaren vijftig minder worden gebruikt.

Hieronder de titulatuur en de aanspreekvormen die gebruikelijk zijn in Nederland en Vlaanderen:

Koninklijk Huis (België)

  • Koning der Belgen: (Zijne, Uwe) Majesteit. Briefaanhef en in gesprek: Sire
  • Koningin der Belgen: (Hare, Uwe) Majesteit. Briefaanhef en in gesprek: Majesteit of Mevrouw
  • Hertog/Hertogin van Brabant: (Zijne, Hare, Uwe) Koninklijke Hoogheid
  • Aartshertog/Aartshertogin van Oostenrijk-Este: (Zijne, Hare, Uwe) Keizerlijke en Koninklijke Hoogheid
  • Prins/Prinses van België: (Zijne, Hare, Uwe) Koninklijke Hoogheid

In België is er een duidelijk verschil tussen het predicaat en de aanspreekvorm. Hoewel alle prinsen en prinsessen het predicaat Koninklijke Hoogheid voeren met de titel van Koninklijke Prins of Aartshertog, worden ze protocollair aangesproken met “Monseigneur” of “Mevrouw”. Dynastieke titels worden wel gerespecteerd met bijhorend predicaat; officieel sprak men over "Hare Koninklijke Hoogheid, de Hertogin van Brabant", en niet over "prinses Elisabeth".

Koninklijk Huis (Nederland)

  • Koning/Koningin der Nederlanden: (Zijne, Hare, Uwe) Majesteit. Briefaanhef en in gesprek: Majesteit[1][noot 1]
  • Prins/Prinses van Oranje: (Zijne, Hare, Uwe) Koninklijke Hoogheid
  • Prins/Prinses der Nederlanden: (Zijne, Hare, Uwe) Koninklijke Hoogheid
  • Prins/Prinses van Oranje-Nassau: (Zijne, Hare, Uwe) Hoogheid [noot 2]

Adel

  • Prins/Prinses (algemeen): (Zijne, Hare, Uwe) Hoogheid
  • Prins/Prinses (Nederlands adellijke familie De Bourbon de Parme): (Zijne, Hare, Uwe) Koninklijke Hoogheid
  • Prins/Prinses (sommige Belgische adel): (Zijne, Hare, Uwe) Doorluchtige Hoogheid
  • Aartshertog/Aartshertogin (sommige adel in België): (Zijne, Hare, Uwe) Koninklijke en Keizerlijke Hoogheid
  • Hertog/Hertogin: De hooggeboren heer/vrouwe[noot 3]
  • Markgraaf/Markgravin: De hooggeboren heer/vrouwe
  • Graaf/Gravin: De hooggeboren heer/vrouwe
  • Burggraaf/Burggravin:De hooggeboren heer/vrouwe
  • Baron/Barones: De hoogwelgeboren heer/vrouwe
  • Ridder: De hoogwelgeboren heer[noot 4]
  • Jonkheer/Jonkvrouw: De hoogwelgeboren heer/vrouwe[noot 5]

Ambtenarij (Nederland)

Militairen

Zie ook Lijst van militaire rangen van de Nederlandse krijgsmacht

De aanspreekvorm is zowel van toepassing zolang de militair in actieve dienst is maar ook na zijn/haar dienstverlating. Bij gebruik in combinatie met de militaire rang wordt deze aangevuld met "b.d." voor "buiten dienst" (voorbeeld: maj b.d.)

Diplomaten en bestuurders

Rechterlijke macht

Hoger onderwijs

Wetenschappelijk onderwijs

(bij meerdere titels: alleen de vorm behorende bij de hoogste titel gebruiken.)

  • Hoogleraar (titel: prof.): De hooggeleerde heer/vrouwe. Aanspraak: professor
  • Doctor honoris causa (titel: dr.h.c.): De weledelzeergeleerde heer/vrouwe
  • Doctor (titel: dr. of PhD): De weledelzeergeleerde heer/vrouwe
  • Engineering Doctorate (titel: PDEng of EngD): De weledelgestrenge heer/vrouwe
  • Ingenieur (titel: ir. of MSc): De weledelgestrenge heer/vrouwe
  • Meester in de rechten (titel: mr., LLM of MA): De weledelgestrenge heer/vrouwe
  • Doctorandus (titel: drs., MSc of MA): De weledelgeleerde heer/vrouwe
  • Licentiaat (titel in België: lic., MSc of MA): De weledelgeleerde heer/vrouwe
  • Arts (titel in België: de., titel in Nederland: drs.; met achter naam Arts): De weledelgeleerde heer/vrouwe (tenzij gepromoveerd, zie doctor). Aanspraak: dokter (ook indien niet gepromoveerd)
  • Apotheker (titel in België: apr.): De weledelgeleerde heer/vrouwe (tenzij gepromoveerd, zie doctor).
  • Master of Arts (titel: MA): De weledelgeleerde heer/vrouwe
  • Master of Science (titel: MSc): De weledelgeleerde heer/vrouwe
  • Master of Science (titel: MSc) (indien ingenieursstudie): De weledelgestrenge heer/vrouwe
  • Master of Laws (titel: LLM): De weledelgestrenge heer/vrouwe
  • Bachelor of Arts (titel: BA): De heer/mevrouw
  • Bachelor of Science (titel: BSc): De heer/mevrouw
  • Bachelor of Laws (titel: LLB): De heer/mevrouw
  • Baccalaureus (titel: bacc.): De heer/mevrouw, in Twente met B.t.w. achter de naam
  • Kandidaat (titel: cand.): De heer/mevrouw

Hoger beroepsonderwijs en postinitieel onderwijs

  • Lector hbo (titel: lec.): De weledelzeergeleerde heer/vrouwe[3]
  • Professional Doctorate (titel: PD): De weledelgeleerde heer/vrouwe[bron?]
  • Master (titel: M met toevoeging): De weledelgeleerde heer/vrouwe
  • Master (titel: M met toevoeging) op gebied van rechten, landbouw, natuurwetenschappen of techniek: De weledelgestrenge heer/vrouwe
  • Bachelor (titel: B met toevoeging): De heer/mevrouw
  • Ingenieur (titel: ing., BSc, BEng, BBE of BASc): De heer/mevrouw[noot 7]
  • Baccalaureus (titel: bc.): De heer/mevrouw
  • Associate Degree (graad achter de naam: AD): De heer/mevrouw

Geestelijkheid

Rooms-Katholieke Kerk[4]

Protestantisme

Islam

  • Imam: De weleerwaarde heer [Naam]

Hindoeïsme

  • Pandit: De weleerwaarde heer [Naam]

Humanisme

  • humanistisch raadsman/ raadsvrouw: De weleerwaarde raadsheer/ raadsvrouwe [Ambt]
  • humanistisch raadsman/ raadsvrouw met doctorsgraad: De weleerwaarde zeergeleerde raadsheer/ raadsvrouwe [Ambt]

Jodendom

  • Opperrabbijn: De weleerwaarde zeergeleerde heer [Naam]
  • Rabbijn: De weleerwaarde heer/vrouwe [Naam]

Vrijmetselarij

  • Grootmeester: De Hoogeerwaarde Grootmeester
  • Gedeputeerd Grootmeester: De Zeer Verlichte Gedeputeerd Grootmeester
  • Grootofficieren: De Zeer Achtbare Grootofficier
  • Voorzittend Meester: De Achtbare Meester of (tijdens rituelen in de derde graad) Eerwaarde Meester
  • Broeder: De (Waarde) Broeder (broeders die voorheen voorzittend meester geweest zijn blijven nog aangesproken worden met Achtbare in functie van Gedeputeerd Meester, dus Achtbare Broeder)

Burgerij

  • Machinist van trein of schip: “Meester”
  • Hoofdwerktuigkundige: “Meester”
  • Kok: “Chef”
  • Onderwijzer(es) in het basisonderwijs: “Meester/Juf(frouw)” (tegenwoordig vaak met de voornaam)
  • Docent in het voortgezet onderwijs of hoger: “Meneer/Mevrouw” (in combinatie met de achternaam)
  • Zonder belangrijke functie: De heer/mevrouw; Geachte heer/mevrouw
  • Indien het gaat om betere bekenden die men niet tutoyeert: Beste heer/mevrouw of Waarde heer/mevrouw
  • Indien het gaat om goede bekenden of intimi: Beste, gevolgd door voornaam
  • Zowel in brieven en omzendbrieven als in e-mails wordt soms 'Geachte', 'Beste' of 'Waarde' als aanspreektitel gebruikt, zonder enig ander toevoegsel. In Nederlandse taaladviezen wordt dit afgeraden of zelfs afgewezen.[5][6]
  • Oudere familieleden: worden meestal met de familierelatie aangesproken, vaak in een informele vorm: “Papa”, “Mama”, “Opa”, “Oma”. Ooms en tantes zijn in de regel “Oom” of “Tante” met de voornaam. Ook oudere vrienden zijn vaak “Oom” of “Tante”. Tegenwoordig (sinds 1950) volstaat men vaak met enkel de voornaam. In al deze gevallen mag tegenwoordig meestal getutoyeerd worden.
  • Kinderen, jongere familieleden, vrienden: de voornaam. Een onbekend kind kan men aanspreken met “Jongeheer”, “Jongeman” of “Jongedame”. Hierbij wordt tegenwoordig (sinds 1950) steeds getutoyeerd.

Zie ook

  • Amice
  • Predicaat (titel)
  • Nederlandse Taalunie: Titulatuur in Nederland
  • Nederlandse Taalunie: Titulatuur in België

Voetnoten

  1. Onder de koningen Willem I, Willem II en Willem III was het gebruikelijk de koning met “Sire“ aan te spreken. Koningin Wilhelmina introduceerde in haar Londense tijd het gebruik om haar met “Mevrouw” aan te spreken, een gebruik dat door haar dochter Juliana werd overgenomen. Onder koningin Beatrix werd het gebruik ingevoerd om haar met “Majesteit” aan te spreken. Foutief of abusievelijk werd, meestal door politici, ook wel over “De majesteit” gesprokend, terwijl daar “De koningin” had volstaan.
  2. Hoewel Prinsen en Prinsessen van Oranje-Nassau alleen met de titulatuur “Hoogheid” worden aangesproken is uitzondering hierop prinses Mabel van Oranje-Nassau die wel de titulatuur (Hare, Uwe) “Koninklijke Hoogheid” voert (als vrouw van gewezen prins Johan Friso).
  3. In tegenstelling tot de Belgische adel kent de Nederlandse adel geen hertogen meer.
  4. Een ridder van adel kent geen vrouwelijk equivalent.
  5. Een ongehuwde dame van adel wordt aangesproken met “freule”. Gewone aanspreektitel: “mijnheer” en “mevrouw”. In de adressering gebruikt men de titel. Weduwen van tot de adel behorende personen worden soms aangeduid met “douairière”, maar dit is tegenwoordig hoogst zeldzaam.
  6. Door Thorbecke afgeschaft in het revolutionaire jaar 1848, met het doel het contact tussen de regeerders en de burger te vergemakkelijken.
  7. Tot 2005 was de aanschrijfvorm voor hbo-ingenieurs "weledelgestrenge". Hoewel na 2005 de titel ing. nog gegeven wordt en gevoerd mag worden, is de aanschrijfvorm komen te vervallen vanwege de invoering van de bachelor-masterstructuur in 2002, en door toegevoegde wettelijke veranderingen naar aanleiding van het advies van een ingesteld internationale commissie (2005).

Bronvermeldingen

  1. Aanspreektitels Koninklijk Huis. Gearchiveerd op 10 november 2021.
  2. https://onzetaal.nl/nieuws-en-dossiers/weblog/edel-mogende-heeren/. Gearchiveerd op 10 februari 2021.
  3. Titulatuur in Nederland (algemeen) - website taaladvies.net. Gearchiveerd op 8 juni 2023.
  4. Kerkelijke Titulatuur op de website van de Taalunie. Gearchiveerd op 10 juni 2021.
  5. Geachte / Beste (als aanhef). Taaladvies. Gearchiveerd op 24 november 2016. Geraadpleegd op 25 november 2016.
  6. brieven en e-mails - de aanspreking. Taaltelefoon. Gearchiveerd op 26 november 2016. Geraadpleegd op 25 november 2016.
WikiWoordenboek